Verslag studiedag Theologie van het Lichaam

“De mens vindt zijn vreugde in het geven, het wegschenken van zichzelf”

Ondanks de gladheid, waren er op zaterdagochtend 7 januari zo’n 24 deelnemers naar de studiedag over de Theologie van het Lichaam in Bovendonk gekomen. Het Sint Franciscuscentrum organiseerde deze dag. Kapelaan Simons, een priester die studeert aan het International Theological Institute in Trumau (Oostenrijk) – en thuis in de theologie van huwelijk en gezin - gaf de inleidingen. Ondanks de lange zit, bij elkaar zo’n vier uur lang ‘college’, waren de toehoorders gefascineerd. “Kan hij dit misschien ook nogeens vertellen voor onze jongeren?” vroegen een paar moeders aan het eind van de dag….

De inmiddels heilige Paus Johannes Paulus II is de geestelijk vader van de Theologie van het Lichaam. Hij heeft deze tijdens 133 woensdagochtend-audiënties op het Sint Pietersplein geformuleerd.

Kwetsbaarheid

Het gevaar op de weg van die ochtend was een toepasselijke opstap voor de inleider. “Toen ik hier naartoe reed stonden de borden boven de weg op een maximum snelheid van 50 kilometer per uur. Op zo’n moment baal je van de snelheidsbeperking, maar het staat er natuurlijk voor onze eigen veiligheid. Als het gaat over seksualiteit is dat vergelijkbaar: de visie van de Kerk op liefde en seksualiteit is geen wet om de wet, maar om ons te beschermen, voor ons eigen geluk. We zijn kwetsbaar op dit terrein! De Theologie van het Lichaam is geen moralistisch verhaal, maar een mensvisie. Johannes Paulus II zegt: “De vraag is niet hoe ver ik kan gaan, maar wat is de waarheid over seksualiteit die me vrijmaakt om echt lief te hebben?”

De Theologie van het Lichaam blikt in eerste instantie terug naar Genesis, om de eenvoudige reden dat Jezus dat doet als de farizeeën hem vragen of een man zijn vrouw mag verstoten. God heeft de mens geschapen naar Zijn beeld en gelijkenis. Juist samen, als gemeenschap vormen man en vrouw het beeld van God. Met ons uiteindelijke doel om in de eeuwigheid in gemeenschap met God te leven. De celibatairen leven in een voorafspiegeling daarvan.

Zondeval

De mens is goed geschapen, wat misgaat met de zondeval. De mens heeft alles ontvangen: de natuur, zijn eigen leven, de vrouw en dan….gaat het mis. De mens eet van de boom van goed en kwaad. Het ontvangen wordt grijpen: nemen en voor jezelf houden… Het egoïsme doet zijn intrede en daar hebben we nog steeds last van. ‘Liefde’ wordt een onduidelijk woord: we zeggen net zo makkelijk ‘ik houd van chocola’ als ‘ik houd van jou’.

De Paus geeft als voorbeeld dat het tegenovergestelde van liefde niet haat is, maar louter lust. De lust die alleen het lichaam wil, maar niet de totale toewijding aan elkaar. Wij verlagen onszelf daarmee tot het niveau van dieren die niet anders kunnen dan reageren vanuit hun instinct.

Zelfgave als bron van geluk

Wat is dan de bedoeling? Moeten we dan preuts worden zoals vroeger? Vluchten voor onze seksualiteit? We zijn geroepen om kuis en trouw te leven, met als voorbeeld de liefde waarmee Christus ons bemind heeft. Hij heeft zichzelf gegeven in een totale gave: in vrijheid, volledig, trouw én vruchtbaar. Wij zijn tot niets minder geroepen, zowel in het huwelijk, het celibaat en als alleenstaande. We vinden ons geluk in de paradox van de liefde: niet door het grijpen, het nemen van de ander, maar door het maken van een gave van onszelf….